hoe lief'lijk zijn Uw woningen, een pelgrimslied

hoe lief'lijk zijn Uw woningen
o Heer, Koning der Koningen
mijn ziel verlangt naar Uw voorhoven
mijn hart ziet uit naar U, mijn God
bij U wacht mij een heilrijk lot
ik zal Uw grote Naam gaan loven
ik verlang naar Uw tempel, Heer
daar zing ik Uwe Naam ter eer

de kleine mus vindt zich er thuis
de zwaluw nestelt in Uw huis
bij Uw altaren, die wij achten
Gij zijt mijn Koning en mijn God
bij U wacht mij een heilrijk lot
bij U o Heer der legermachten
zalig die wonen in Uw huis
zij loven U, zijn bij U thuis

zalig is hij die op U bouwt
en zich aan Uwe regels houdt
Gij geeft hem dan gebaande wegen
en als hij door een dal moet gaan
alwaar er balsemstruiken staan
dan geeft Gij hem een milde regen
zodat hij blijde verder gaat
de weg die voor hem open staat

van kracht naar kracht, zo gaat hij voort
hij is op weg naar Sion's oord
waar onze God is met de Zijnen
Hij is der legerscharen Heer
wij geven Zijn Naam alle eer
als wij bij onze Heer verschijnen
o Heere, hoor naar mijn gebed
en wees mijn schild, ik bid U het

Heer, zie mij in genade aan
als ik nu naar U toe mag gaan
en kom te staan in Uw voorhoven
ik wil daar liever wachter zijn
om ver te blijven van 't venijn
dan zijn bij hen die U niet loven
want Gij zijt ons een zon en schild
Gij Die ons vond en vinden wilt

Heer, Gij wilt onze Koning zijn
de schepping, Heer, is Uw domein
Gij geeft aan ons genad' en ere
wie naar Uw regels handelen
en die met U zo wandelen:
voor hen zijt Gij zo onze Heere
welzalig hij die op U bouwt
zich aan Uw handen toevertrouwt

bij : Psalm 84