't Is nacht, alleen de sterren geven licht,
het kamp, de koning moederziel alleen,
de stoere wachters liggen om hem heen,
maar waken slapend met hun ogen dicht,

behoedzaam sluipen zij steeds dichterbij,
tot in de cirkel van het dreigend kwaad,
waar hen alleen de dood te wachten staat,
zo gaan zij voort, maar God is aan hun zij,

het Godsvertrouwen geeft de burger moed
om in geloof het oog op Hem te slaan,
over een muur te springen als het moet,

met speer en kruik komen zij veilig aan,
wekken de vijand met hun morgengroet:
dank God, het was bijna met u gedaan.

(n.a.v.  1 Sam. 26 : 1 t/m 12)