Eenzaam
loop ik mijn wandeling
eenzaam en alleen
maar ik móet verder
 
Eenzaam
voel ik mij
in mijn bestaan
maar ik móet verder

Moedeloos
boordevol verdriet
zit ik op een bankje
en kijk zonder te zien

Stil is het
doodstil
als een stilte
voor de storm

De zon piekt
door de wolken
de natuur
komt tot leven

Als op afspraak
jubelen de vogels
ritselt het riet
ruisen de bomen

Verwonderd
kijk ik om mij heen
de aarde
lijkt te juichen

Een onvermoede
maar altijd aanwezige hand
wijst mij de weg
die ik moet gaan

Woordenloos
kijk ik om mij heen
ik omarm de aarde, de natuur
de schepping

Langzaam
loop ik verder
niet langer alleen
- vervuld met moed kan ik door