Als Koningszoon weet je het al
en je wacht rustig af,
geniet van de bezoekjes,
de gesprekken,
je onverwachte handgebaar
toont me je zachtste kant.
We wandelen
en groeten de bejaarden,
je lijkt gelukkig
in je zieke staat.

Je leven legt
een kantlijn in mijn tekst
waarlangs ik meer
en meer ontdek
’t belang van deze fase.

Ik ben ontroerd
door hoe je bent geworden,
zie in je ogen
de voldoeningsglans
als je me joviaal bedankt,
mijn schrift betast.

Er groeit een onlosmakelijke band
die bijna koninklijk
de weg naar huis benadert,
kom mee naar buiten,
vader,
het Leven wacht.
 

Geïnspireerd door het boek van Arno Geiger