(melodie; 'Wat de toekomst brenge moge')
'k Heb mijn blik gericht naar binnen
en bid met mijn ogen dicht.
Veertig dagen van bezinnen
uitzicht biedend op Het Licht.
't Lijden dat door meditatie
door zovelen wordt gedeeld,
is ook bron van inspiratie
voor een wonder toekomstbeeld.
Veertig dagen reflecteren
op mijn fouten, op mijn pijn.
Dagen die mij confronteren
met mijn eigen zandwoestijn.
´k Ben op zoek naar een oase,
die mij van die last bevrijdt
die oase komt met Pasen,
na de veertig-dagen-tijd.
Periode, o zo duister,
van verraad, het kruis, het graf.
Totdat God in al Zijn luister
ons het Paas-mysterie gaf.
Pasen heeft de dood verdreven,
't kostte wel de hoogste prijs,
maar biedt hoop op eeuwig leven
in Gods hemels paradijs.
Veertig dagen van beproeven,
vasten en van soberheid.
Leidt langs zandwoestijn en groeve
naar het Land van Eeuwigheid.
Dan kom ik bij de oase,
't einde van de donk're nacht
en zie ik Het Licht van Pasen,
waar het nieuwe leven wacht.
U bent niet geauthoriseerd om reacties te posten.