Verwonderd vlucht ik van het lege graf,
wat moet ik er van denken?
Zal God ons zo zijn liefde schenken,
is Hij de Herder met Zijn staf?

Waar is mijn Heer, wie heeft Hem weggelegd,
heeft iemand Hem gestolen,
is Hij ten leste ons ontnomen,
had God dit aan ons aangezegd?

Ik ween, ik zoek, ik ben verward
en zie mijn Heer aan voor de tuinknecht.
In tranen zeg ik wat mij smart.

Hij noemt mijn naam, 'k hoor wat Hij zegt,
Hij spreekt diep in mijn hart. Van binnen
gaat mij het feest voorgoed beginnen.