De tijd had even stilgestaan,
een diepe eenzaamheid begonnen.
Het licht was even uitgegaan.
'Had 't duister overwonnen?'
De mensen waren weggelopen
want dood is voor hen eeuwig dood.
Vergaan verlangen en nog hopen.
Verslagenheid en diepe nood.

Maar op die morgen ongedacht
heeft God het licht doen rijzen.
Voorbij wereldse diepe nacht.
Voorbij de zwarten en de grijzen.
Het licht kuste de bloemen wakker.
De bomen hieven armen blij omhoog.
Stralende morgen over graf en akker
toen een engel over de steen zich boog.

'Kom uit mijn Heer, de morgen straalt
uw nieuwe leven juichend tegemoet.
Heel de natuur die 't licht vertaalt,
en U met kleur en glorie blij begroet.
O mensen kom niet aarzelend dichterbij.
Het graf is leeg, de Heer is opgestaan.
geloof wat u hier ziet, wees blij!
Naar Jeruzalem is Hij u voorgegaan'