Bij het begin van de derde dag
toen Jezus niet meer in linnen lag,
kwam Maria Magdalena en zag.

Ach, mij heeft niemand iets gezegd
bent U de tuinman, of de dienstknecht?
Toon mij waar gij Hem hebt gelegd.

Ik ben de tuinman niet,
maar keer u om en ziet
wat heden is geschied.

Meester!  U noemt mij bij mijn naam.
U bent de Opstanding en het Leven
ik voelde mij eerst zo ellendig eenzaam.
Maar nu heeft U mij een taak gegeven:

Praat met Petrus over mijn Verrijzenis
blijf niet stilstaan, blijf niet zwijgen,
zeg hem dat Ik eerstdaags zal opstijgen
naar mijn Vader die in de hemel is
vertel hem deze heuglijke gebeurtenis.