Toen werd het nacht.
De zonnestralen gingen onder
achter een gordijn van schemering.
En de dag, waarin het wonder
van het licht eens binnenging
omhult zich weer in schaduwen
van duisternis.

Toen werd het nacht.
De gedachten doken onder
achter een gordijn van schemering.
En de dag, waarin het wonder
van Gods licht eens binnenging
omhult zich weer in schaduwen
van droefenis.

Want het zijn de nachten
die de krachten
van overdag doen vervagen.
En als niets meer wordt verwacht
blijven in de nacht
alleen nog de vragen.

Toen werd het nacht.
De duisternis kwam in de donder
op het kruis van immense pijniging.
Opdat de dag, de dag van het wonder
van Hem die door het lijden ging
zich zou onthullen in feestgezangen
van getuigenis.
Ronald Lammers