Nergens is een plek zo warm, zo licht
als in dat kil en donker geopend graf
eens door een zware steen gedicht,
maar God wentelde die zelf af.

Als men ergens geen wonder had verwacht
was ’t in die droevige donkere grot
net als door engelen in die duistere nacht
kwam hier vrede en licht, de Zoon van God.

Zelfs ’t aards vertoon werd hier gelaakt
een leger dat het graf moest bewaken
werd door de engelen ten spot gemaakt
geen dood kan Gods oordeel wraken.