Heer, ik wil zo graag volbrengen,
mijn reis naar de eeuwigheid,
onderweg met medepelgrims,
tot Uw woord en dienst bereid.

Mocht er iemand moede worden,
geef mij een bewogen hart,
om elkaar tot steun te wezen,
in een ieders vreugd of smart.

Dat er nimmer iemand afvalt,
zo moe is en niet verder gaat.
O Heer, sta ons allen terzijde,
als ons hart zo is bezwaard.

Dat ik niet te trots van hart ben
en denk, ja ik kom er wel,
laat mij dan in zwakheid voelen,
dat ik zonder U niets ben.

Zo kunnen wij dan op reis gaan,
samen delend vreugd en smart.
Niet hoogmoedig, maar bewogen,
delend uit Uw lieflijk hart.