Trek op gij pelgrims van het kruis.
Trek op naar Sions vaderhuis.
Gord u aan en wees reisvaardig.
Volg uw Gids, uw eerbied waardig.
 
De reisduur is een leven lang.
Juich, vul die tijd met lofgezang.
Laat ons volhardend verder gaan,
Psalmzingend van Zijn groots bestaan.
 
Wij worden thans tot spoed gemaand.
De weg is lang en slecht gebaand.
Laat ons dus niet langer dralen.
En uitzien naar de gouden zalen.
 
Houd klaar uw lampen voor de nacht,
Want uw bruigom wordt verwacht.
Zijn stem wordt eeuwenlang gehoord.
Wees dus waakzaam om Zijn Woord.
 
Maakt de reis u bang en zwaar?
Bidt om steun en draagt elkaar.
Houdt uw oog gericht op Hem.
Op weg naar ’t nieuw Jeruzalem.
 
Hoor nu reeds het feestgedruis.
Nog een wijl en wij zijn thuis.
Dan is alle leed geleden.
En  mogen wij daar binnentreden.
 
In Davids stad met gouden dreven
Wacht ons nu dat nieuwe leven.
In de heil'ge gloed van onze God
Ligt voortaan ons zaligst lot.