We worden uitgelachen Heer, als we U loven.
Wat een humor toch, hoe komen we erop!
Het is zo duidelijk te zien aan deze wereld:
de agressie van de beesten houdt nooit op.
 
Uw liefde wordt nooit serieus genomen
dat liet U zien terwijl U bij ons was.
Wat U deed was geen goochelnummer;
maar onze zwakheid die U toen genas.
 
Wat U zwak vindt kennen wij als sterkte,
krachten, machten, weergaloos geweld.
Pas door de dood heen kunnen wij beleven
dat voor U alleen de liefde geldt.
 
We zijn niet meer gediend van Uw genade,
want dat betekent met de billen bloot.
Aan goedheid of aan trouw of schuld vergeven
hebben we nog maar net een broertje dood.
 
Heer, geef ons kracht om onder Uw bescherming
te strijden voor Uw heil dat komen moet
omdat niet de gevechten voor de rechten
de overwinning geven, maar Uw Pinkstergloed.