In lang vervlogen tijden
zwierf een kloeke marskramer
langs akker en boerenwei
door grote bossen
van stil dorp naar drukke stad
liet zijn mondharmonica
vol vrije kunst horen
ongeacht of de koopwaar
snel misschien moeizaam
het kistje verliet

ofschoon hij nooit las
spak de man al lopend
tot zijn Hemelse Vader
dankte Hem elke avond
waar hij ook rustte
herberg stal of wildernis

de gelovige
haatte ieder onrecht
wist een bedrieger
dankzij zachtzinnig vernuft
en vertrouwen op God
steeds te achterhalen

snel verstreken de jaren
de wereld veranderde
maar de oude zwerver
bleef genieten van zijn werk
en de bloeiende pracht
langs wegen en in 't woud
zag geen wonderlijk gebeuren
zat tenslotte levensmoe
tegen een boom geleund
bewonderde avondschoonheid
vertrouwde zich toe aan de Heer
Die hem in vredige nacht
weg riep van de aarde
naar heerlijke Eeuwigheid.
U bent niet geauthoriseerd om reacties te posten.

Reacties mogelijk gemaakt door CComment