er is een dorp in de Alblasserwaard
het zou Wijngaarden hebben kunnen zijn
in dat kleine dorp blijft met dank bewaard
wat er geschiedde in God's zonneschijn

daar woonde toen Jan, een alleenstaand man
met niet zo veel middelen van bestaan
het ging maar net, met 't rondkomen er van
toch keek hij elke dag met blijdschap aan

want hij mocht in God's gratie wandelen,
hij verlangde naar de Dag der Dagen
dat de Heere zou komen handelen
door Zijn tegenstander weg te vagen

en ons zou brengen de grote vrijheid
die al God's kinderen te wachten staat:
om met de Heere te zijn alle tijd
bij Hem Die voor ons behoud ging en gaat

God sprak tot hem dat die week zou heengaan
de rijkste man die het dorp toen kende,
Jan klopte bij de grootste hofstee aan
hij bad met hem die zich tot hem wendde

en vroeg voor hem om God's barmhartigheid
om de zonden te willen vergeven
en hem aan 't einde van de aardse tijd
het eeuwig leven te willen geven

zaterdag en zondag waren nabij,
daarna werd daar en voor ons vernomen:
de rijkste van 't dorp was de dood voorbij
Jan is bij de Heere thuisgekomen

bij : de mens gaat naar zijn eeuwig huis
       Prediker 12 : 1 - 7
       Romeinen 8 : 18 - 21