dat ik voor God zal komen,
het stoffelijke wat nog bindt
van mij is afgenomen.
Er is slechts over wat ik heb
aan geestelijke waarden,
want afgelegd werd elk bezit
dat ik verkreeg op aarde.
Misschien zal God mij vaderlijk
diep in de ogen kijken:
"Ging jij, lief kind, na zoveel jaar,
iets op Mijn Zoon gelijken?"
"Ik heb, Heer, wel mijn best gedaan,
maar 't wilde niet zo lukken.
Het rechtop staan, dat ging nog wel,
veel zwaarder bleek het bukken!"
Ik hoop dat God mij bij zich neemt
en zacht tot mij zal spreken:
"Je bent beslist iets meer gegroeid
bij vroeger vergeleken,
omdat je telkens kleiner werd
zo Ik je wilde vormen.
Rust nu maar uit, want jij bent thuis
na alle levensstormen!"
U bent niet geauthoriseerd om reacties te posten.