Hij ziet jouw levensonderhoud verdwijnen
in de offerkist. Twee stuivers zijn het maar.
Al wat je nodig hebt is weg. Blut! Na
de armoe zal de honger in je huis verschijnen.

De tempel is behangen met geschenken.
Maar voedselbanken kennen ze daar niet.
Dat is die vrome rijken niet gezien.
Je zou ook eens om armen moeten denken…

Jij wilt de Here eren met je gaven.
Maar ‘t hele spul hier gaat een keer failliet,
het heiligdom wordt door God zelf verlaten.

Jouw kleinigheid, die niemand anders ziet,
is naar Zijn woord ontzettend kostbaar en
start het oordeel in een nabij verschiet.

(bij Marcus 12:41-44; Lucas 21:1-6)

Uit:
Sterke vrouwen, sonnetten en andere gedichten met Bijbelse
zusters. Uitgave in eigen beheer, juli 2024