Hij was één van de twaalf apostelen.
Vol overgave ging hij mee.
Ook hij wilde Jezus volgen.
Judas had zijn eigen toekomst idee.

Maar zijn idealen verdwenen.
Het ging helemaal verkeerd.
Waar ben ik aan begonnen?
Ik heb mijn lesje wel geleerd.

Hij compenseerde het met geld
wat hij stal uit de pot.
Zo had hij Jezus zich niet voorgesteld
als de zoon van God.

Het licht werd duisternis voor hem.
Hij ging luisteren naar een andere stem.
Hij besloot om Jezus te verraden
voor 30 zilverlingen en een kus.

Later heeft Judas spijt van zijn daden
wanneer hij ziet wat ze doen met Jezus.
Het geld, de zilverlingen hoeft hij niet meer.
Hij gooit het weg over de vloer van de tempel.

De hogepriester luistert niet deze keer.
Op Judas' hoofd staat een onuitwisbaar stempel.
Het leven heeft voor hem geen zin meer.