Slechts in relatie tot Jezus
verhaalt men van Magdalena,
slechts als een echo van hem.

Hij spreekt, zij zit aan zijn voeten,
hij ontledigt zich, daar is zij en zorgt.
Gehaat wordt hij, zij betoont hem slechts liefde,
geminacht, zij zalft hem tot koning
gefolterd, zij lijdt met hem mede,
is in doodsnood, zij wijkt niet van hem;
begraven, zij rept  zich met balsem,
verrezen, zij wordt zijn apostel
en de wolk van voorgoed naar de Vader
onttrekt ook haar aan het oog.