soms als ik naar binnen wil
klemt de deur zo stroef
falen mij, mijn krachten
dan huil ik zacht, soms huil ik niet
dan knaagt alleen maar het verdriet
ik wil niet, maar moet wachten

als ik door die zware deur
mijn doel maar niet bereik
en emoties golven
dan geef ik op, al wil ik niet
dan vreet mij aan, dat stil verdriet
verdrink ik, wordt bedolven

als dan door een sprankje hoop
de deur een weinig wijkt
kan ik met moeite duwen
dan voel ik drukkend het verdriet
dan zet ik door en wankel niet
ik wil het leed niet schuwen

toch blijkt telkens weer opnieuw
het leed is me te zwaar
ik kan het niet verkroppen
ik wil het zien maar kan het niet
en sluit de deur voor het verdriet
ik blijf het maar verstoppen

kon ik maar samen door die deur
mijn hand in Uwe hand
dorst ik Uw hulp maar vragen
dan kon ik zien naar wat er schuilt
omdat U samen met mij huilt
wellicht kon ik het dragen