Ze zeggen Heer, dat U daar boven
woont in de hemel in het heerlijk licht,
maar als 'k mijn ogen dan naar boven richt,
dan zie ik niets, ik moet het maar geloven,

ze zeggen dat u alles hoort en ziet,
zelfs wat ik denk weet U al van tevoren,
maar ik kan U niet zien of horen,
dus of het waar is; echt ik weet het niet,

ze zeggen Heer, dat U een Vader bent
die elke dag voor mij wilt zorgen,
zelfs in de nacht tot aan de morgen
en dat U mij van eeuwigheid al kent,

ze zeggen dat U heel veel van mij houdt
en elke dag mijn kwaad weer wilt vergeven,
dat U mij helpen wilt in heel mijn leven
en dat U zegent wie op U vertrouwt,

ik vind het soms wel moeilijk allemaal,
om te geloven zonder iets te zien,
maar daarvoor ben ik nog te klein misschien
en snap ik alles nog niet helemaal,

ze zeggen dat U alles wél begrijpt
en dat ik zomaar U een hand mag geven
en zo met U mag lopen in dit leven,
zodat de liefde voor U langzaam rijpt.