Veilig en geborgen

In de buidel van haar mama
zat een kleine kangoeroe
lekker warm en heerlijk veilig
en het werd toch echt niet moe.

Het kon lekker blijven zitten
mooi verstopt, het werd gevoerd
en het groeide en werd groter
had een leventje zeer goed.

Na een tijdje kwam het kopje
uit de buidel en keek rond
naar het gras en naar de bomen
keek verbaasd met open mond

durfde nog niet goed naar buiten
ging voorzichtig toch op pad
maar zodra het was geschrokken
wist je snel waar het weer zat

in de buidel van haar moeder
zocht bescherming voor gevaar
en de moeder was gelukkig
heel dichtbij, behoedde haar.

Ja zo gaat het in het leven
op een dag moet jij ook gaan
leven in de wijde wereld
misschien durf jij het niet aan.

Jij wilt veilig zijn, geborgen
want je kunt het niet alleen
maar de Vader zegt: Toe ga maar
Ik ben altijd om jou heen.

’k Zie jou wandelen en zoeken
luister goed naar wat Ik zeg
Ik ben bij je om te helpen
begeleid jou op jouw weg.