de blinden
voor de ramen
opgetrokken
verdoezelen
niet langer meer
de schoonheid
van daarbuiten
en sprankelend licht
valt nu de kamers binnen

mijn oog
verwondert zich
mijn hart
en mijn verstand verlangen
te ontmoeten
de Meesterkunstenaar
van dit heelal
dat vol zit met geheimen
die nu
in zijn onmetelijk licht
geworden zijn
tot Meesterwerken




Laat dit tot je doordringen, Job, sta even stil en heb oog voor Gods wonderen.
Weet jij hoe God ze onder zijn bevel brengt, hoe zijn licht de wolken doorboort?
Weet jij hoe de wolken blijven zweven, hoe Hij die alles weet zijn wonderen verricht?
Job 37:14-16