Heer, wie mag wonen
in Uw tent,
Wie op Uw heilge berg
verkeren?
Hij die ons voorging
in louter goede daden.
Het was enkel
waarheid wat Hij sprak.
Hij deed niet mee
aan achterklap.
Hij dreef met
anderen niet de spot.
Hij eerde wie ontzag had
voor Zijn Vader.
Brak niet de eed
al werd Hij er om veracht.
Zijn leven was op aarde
enkel trouw zijn.
Gehoorzaamheid was het
offer dat Hij bracht.
Zijn lichaam gaf Hij
voor zijn naaste.
Verraadde geen
onschuldigen,
doch werd verraden.
Hij deed wat goed was,
maar kwam zelf ten val.
Toen aan Zijn offer
een einde kwam,
mocht Hij verblijven op
die heilige berg
en weer gaan wonen
in Uw tenten Vader.


Psalm 15, door Jezus ons voorgeleefd.