O, wat was het volk geschrokken,
toen die ramp zich had voltrokken
en we zaten met de brokken
op die dertigste april.
Waar we slachtoffers herdachten,
waar we bloemenzeeën brachten
om het leed iets te verzachten.
Stond de wereld even stil.

Straks dan zullen tranen drogen,
maar het hart dat blijft bewogen,
door de beelden in de ogen,
die op 't netvlies zijn gebrand.
Zegt de zucht die we toen hoorden,
nog veel meer dan duizend woorden.
Waarom toch die wrede moorden
in ons kleine vaderland?

Op de dag dat het gebeurde,
toen het land oranje kleurde
en we om de doden treurden,
was het koninginnedag.
Maar al was het volk geschonden
door de diep geslagen wonden,
werd de eenheid weer hervonden
bij de rood-wit-blauwe vlag.

En dan rouwen we tesamen
en dan noemen we de namen
van degenen die omkwamen,
ja, dat schept een sterke band.
Nu de doden zijn geborgen,
komt voor hen de nieuwe morgen,
waarbij God voor hen zal zorgen,
in hun nieuwe Vaderland.