Heer, zet ons hart in heilig vuur.
Voedt het steeds, van uur tot uur.
Schenk het van Uw overdaad,
Wanneer het voor U openstaat.
 
Ons hart Heer, slaat soms even dicht.
Gesloten voor Uw nodend licht.
Vergeef ons Heer, vergeet het maar.
De deur naar 't hart gaat vaak zo zwaar,
 
Als twijfel en deceptie weer eens toeslaat,
En blind vertrouwen 't hart verlaat,
Geraken w' ín luchtledigheid,
Ons wankele geloof ten spijt.
 
Uw band met ons blijkt onverbrekelijk.
Uw vasthoudendheid is onuitsprekelijk.
U zult ons, ondanks alles, nooit verlaten.
En nodigt ons, met U te praten,
 
In dankgebed en lofgezang.
Wij zoeken vaak een leven lang
Op de tast, naar Uw bestaan.
Vol verwachting achter Jezus aan.
 
Hij zegt, de weg te zijn naar eeuwig leven,
Waarvoor Hij  zich heeft prijsgegeven.
De lat lag hoog. De poort is vrij.
Zijn gasten, dat zijn wij.