Ik weet nog goed, ik was nog klein,
We gingen naar een speeltuin.
Daar was een glijbaan.
Ik klom naar boven,
keek naar beneden,
werd bang, moest huilen
en daar was jij
om bij te schuilen.
Je arm was om me heen,
je mond was op mijn wang,
je stem zei in mijn oor:
“Stil maar, wees maar niet bang,
ik ben bij je”.
Mijn angst verdween,
ik was veilig:
vader hield me vast.

Mijn aardse vader is al Boven
en ik ben nog beneden,
omringd door overheden
die liegen, moorden, roven,
maar word ik bang,
dan kijk ik omhoog,
roep en weet Vader
aan mijn zij.
Zijn Stem zegt in mijn oor:
“Stil maar, lieverd,
er kan je niets gebeuren,
Ik ben bij je, hoor.
Ik draag je door het water,
door vuur en door ravijn,
Ik ben er nu, Ik ben er later,
Ik zal er altijd voor je zijn”.

‘k Mag altijd weten dat Hij van me houdt,
me steeds weer aan Zijn liefde warmen,
‘k mag me, al word ik nog zo oud,
nestelen in Zijn Vaderarmen.
Al word ik honderd jaar,
‘k mag leven als een kind,
veilig en geborgen,
Vader is bij me,
Hij zal voor me zorgen!

U bent niet geauthoriseerd om reacties te posten.

Reacties mogelijk gemaakt door CComment