Volhardend geloof is een steenachtig pad,
dat zich slingert tussen woeste doornstruiken,
De stem van een steeds jong blijvend kuiken
roept de wandelaar naar de Hemelse stad.

Een lastige bult of verraderlijk gat
zal menigmaal plotseling opduiken,
terwijl ogen al de einderglans ruiken.
Raadgevend klinkt een verborgen molenrad:

"Mijn water wordt getild, buitelt, valt weer,
maant tot leven en werken naar Gods wil;
vertrouw je toe aan de almachtige Heer."

De stroom gaat verder, fluistert bij zachte ril:
"Verheven boven zucht en strenge leer
wint Jezus' genade ongekend en stil."