Ik zag Zijn handen,
ze vormden de bergen,
de heuvels, de meren,
de zeeën het land.
De schelpen en vissen,
in het heldere water,
de witte stranden
gemaakt door Zijn hand!

Vol liefde en passie,
zo maakte Hij wolken,
de hemel en sterren,
de zon en de maan,
alles gaf Hij zijn plaats en zijn orde,
een plek in 't heelal,
ja, een vaste baan!

En als kroon op Zijn werken,
zo vormde Hij handen,
ogen en oren,
een neus en een mond,
een prachtig evenbeeld
van Zijn verlangen,
een diepe relatie,
een Eeuwig verbond!

Maar de mens koos toch anders
en Zijn handen vol liefde,
genazen en verzorgden
de zondige mens,
Zijn vingers raakten
de blinde ogen,
openden harten,
Zijn vurige wens!

Dan dreven er spijkers
wreed en zó haatvol,
in die Goddelijke handen
zo heilig en rein,
Zijn schepping, Zijn wereld,
vol liefde geschapen,
vermoordde hun Schepper,
met ongekende pijn!

Ik zie Zijn handen
en ik zie Zijn wonden,
ik zie Zijn ogen
vol liefde en kracht,
Hij troont nu in glorie
en komt spoedig weder,
herstelt dan Zijn schepping
in oorspronkelijke pracht!