Ik zoek naar stromend water
aan een beekje in een groene wei
van dichtbij hoor ik het geklater
de Bron ligt vlak voor mij.

Hoe heb ik de aders gevonden
die sinds eeuwen hier zijn verborgen
en blijvend met de ziel verbonden
van goud glanzend in de witte morgen?

En ik die dorst naar Levend Water
nimmer verzadigd van uw liefde ben
na mijn rusteloos zoeken - heel genadig
mij aan uw ware rust en vrede wen.

Daar waar huist de Goede Herder
die met zorg zijn kudde schapen hoedt
- en waarom zwerver - steeds verder?
't Is bij Het levende Water, dat ik heling zoek!