In de stilte van mijn kamer
Heer, buig ik voor U mijn hoofd
vouw mijn handen U ter ere
denk aan alles wat ik U heb beloofd
waar weinig van terecht is gekomen.
Hoor dan Heer mijn berouw
mijn smeken om vergeving
mijn eeuwige vraag naar Uw trouw
mijn dank voor Uw gena
dat U mij niet voorbijging.
Niet mijn verdiensten zijn het Heer
dat ik zo onbevangen mag komen
ik wil wel het goede, telkens weer
wordt mij de moed ontnomen
omdat ik mij niet houd aan Uw leer.
Maar telkens ziet U mijn dank
en wilt dat ook in gena aanvaarden
mij zien als vrucht geënt aan Uw rank
die eens als scheut in Uw tuin zal aarden
en wast mijn zonden als sneeuw zo blank.
U bent niet geauthoriseerd om reacties te posten.