lieve
hoeder,

heet je
geest, dan
voel je goeie
grutjes uit getut

koel als was je pas
met schrometomeloos
groentjes op lammetjesgras.

klam? ja dan is het hek met klem
van de dam. toe kijk niet zo nauw niet
te grauw. wees niet te flauw niet zo lauw,

binnen ‘t allerwegen hemels gezegend
onder ons schaapjeswolkenvolkje
zonovergoten doorregen klein

bereik. smal? ben je mal?
makkertjes zonder tal
zullen het einde zijn.

in het lovers open
komend groots
voorlopers
koninkrijk.

openb. 3:15; mat. 18:3; psalm 23