Diepgaand zaaien we zinnen
waarin een vers zit verstopt.
Tijdens de langverwachte zomer
eten we sappige vruchten op.

Zoals de boer trekken we voren
stoppen we zaadjes in de grond.
Bidden dan om de zegenregen
van een kostbare ochtendstond.

Ja, we zaaien, maaien
en wachten geduldig af,
want het mooiste komt nog.

(wordt vervolgd)