Huiverig word ik  bij d’ ondergaande zon
het groot mysterie achter de verre einder
bij ‘t  avondrood en een grote oranje ballon
reikt mijn blik nog veel dieper en wijder
 
vrede daalt neer en ik smacht naar wat rust
de maan licht mij op in het nachtelijk duister
mijn  geest wordt van Zijn schepping bewust
als de zon ’s morgens ontwaakt in volle luister
 
Zijn lichtend aangezicht die voor mij verschijnt
en zich weerspiegeld over de ganse aarde
de  warme straling die door alles heen  drijft
is hier voor alle  leven van onschatbare waarde
 
huiverend  denk ik aan een verduisterende zon
en de komst van de lang verwachte Leider…
als alle leven en licht  naar Hem keert weerom
blijft Hij  in d’ eeuwigheid ook onze Begeleider?