De warme gloed is ’t stil verwachten,
het woordenloos gebed dat in mijn ziel
spreekt tot de Heer. Hij wil verzachten
mijn leed wanneer ik uit Zijn hand ontviel.

Hij roept mij uit mijn zwak geloven
en geeft mij leven, dat ik op mijn weg
vol vreugd in 't hart Hem zal beloven
dat ik mijn binnenst’ in Zijn handen leg.

‘k Wil vol geluk in heel mijn leven zingen
tot Hem die mijn verwachten op laat springen
van vreugde, om Zijn trouw en zegen.

Als ik in mijn verdriet ten onder dreig te gaan,
slechts leegte voel, de kilheid om naast Hem te staan,
dan vindt Hij mij, komt Hij mij tegen.