Alles moet je achterlaten
als je naar de hemel gaat
want in ’s hemels gouden straten
heeft niets van de aarde baat.

Niets aan goed en geld verworven
is iets in de hemel waard.
Al wat hier is raakt bedorven
wat een mens ooit heeft vergaard.

d’ Hemel kent heel andere schatten
waar niet één ooit van bederft
een geheim niet te bevatten
voordat men die schat verwerft.

Hoe die schatten zich vertonen
blijft nog een geheimenis
tot wij in de hemel wonen
en de tijd gekomen is.

Blijf en wil steeds goed bedenken
’t ene dat van waarde blijft
liefde die w ’elkander schenken
waar ons leven hier op drijft.

Laat die liefde spiegeling wezen
van het voorbeeld dat God geeft.
Want dan heeft men niets te vrezen
als men steeds naar liefde streeft.

God biedt eenmaal ons van waarde
graag elk mens Zijn hemelschat
die blijkt groter dan op aarde
wat een mens aan rijkdom had.