God zegt; waarom toch die verscheidenheid
Ik heb u toch telkens eenheid voorgehouden
dat is het uitgangspunt van Mijn beleid
waaraan wij samen met elkander werken zouden.
Maar wat God ziet dat is verdeeldheid onder mensen
gespletenheid die nog op veel gebied bestaat.
Een situatie ingaand tegen ’s Heren wensen
en die helaas in ’t leven nog steeds verder gaat.

De eenheid die God vraagt is niet bereikt
die taak moeten wij allen nog vervullen
en eenmaal toch het doel van slagen blijkt
als wij God onze eenheid gaan onthullen.
Wij zullen aan de goede God eens laten merken
dat wij als mensen in Zijn opdracht zijn geslaagd.
Voorzien van goede daden en van goede werken
tonend de eenheid die God van ons heeft gevraagd.