Ik geloof, in de drie-eenheid van God,
Vader, Zoon, en Heilige Geest.
Ik geloof in Hun besturing van het lot,
en dat, dat nooit anders is geweest.
Ik geloof, de eeuwige liefde van de Vader,
in alle voleinding van Zijn werk.
Ik geloof, in Zijn schepping komt Hij nader,
en verkondigt dat in Zijn kerk.
Ik geloof, in Jezus Christus, Zijn Zoon,
uit de maagd Maria geboren.
Ik geloof, in Zijn lijden en de hoon,
die Hij hier op aarde moest horen.
Ik geloof, in Zijn lijden bij Pilatus,
Zijn dood door kruisiging.
Ik geloof, in Zijn waarachtige status,
die Hij verwierf door Zijn opstanding.
Ik geloof, door Zijn dood en opstanding,
in Zijn lankmoedigheid en gena.
Ik geloof, in Zijn Geest, de loutering,
Zijn voorspraak, als ik voor Hem sta.
Ik geloof, dat Hij is opgevaren ten hemel,
zittend aan Zijn Vaders rechter hand.
Ik geloof, dat Hij zal wederkomen,
houd het geloof tot die tijd in stand.
Ik geloof, in ‘s werelds toekomst,
tot aan Zijn wederkomst.
Ik geloof, in de vergeving van alle zonden,
die mij aan de vergankelijkheid bonden.
Ik geloof, in opstanding van lichaam en ziel,
in Zijn heerlijk Koninkrijk.
Ik geloof, dat ieder die voor Hem knielt,
in het Nieuw-Jeruzalem, Hem geeft huldeblijk.
Ik geloof, in de Geest die Hij ons zond,
wakend over ons mensen.
Ik geloof, in Zijn Nieuw-Verbond,
de vervulling aller wensen.
Ik geloof niet, in de armoe van de ziel,
dat daardoor de mens is verlaten.
Ik geloof niet, dat God de mens afviel,
ook niet, als ze Hem haten.
Ik geloof niet, in breuk of macht,
in tweespalt of ellende.
Ik geloof niet, in eigen kracht,
of eigendunk waartoe ik mij wendde.
Ik geloof niet, in oorlog of geweld,
verwoesting nog strijd.
Ik geloof niet, in verlies dat telt,
tot afwijzing en eenzaamheid.
Ik geloof niet, in menselijke rijkdom,
die een schijn is, hier op aard.
Ik geloof niet, in overwinning,
door krijgsgeweld, of zwaard.
Ja, ik geloof, in de drie-eenheid van God.
Ja, ik geloof, in Zijn trouw.
Ja, ik geloof, in elk van Zijn gebod.
Ja,ik geloof, dat Hij zegt; "Ik geloof ook in jou!".