- Details
- Geschreven door: Hoest, Niek van der
- Categorie: Oorlog/rampen/vluchten
- Hits: 2387
een boze macht die ons verlaat;
een vaal verbleekte ster,
die dovend aan de hemel staat.
Als her en der het kwade woedt,
ontstaat een eindeloze stoet
van machteloze doden,
doordrenkt met schuld’loos bloed.
Onpeilbare gerechtigheid,
toon ons uw mededogen.
Ontvlam in ons de vrede weer;
het milde vuur dat keer op keer
geplengde tranen op kan drogen.
- Details
- Geschreven door: Pruiksma, Anco
- Categorie: Avondmaal
- Hits: 2541
Waar het duister was gebonden
in zeven dagen licht,
had God de mens gezonden
Hij gaf hem overwicht
Mens leefde bij de gratie:
De schepping in Gods macht.
Een wereld vol vibratie,
vast ritme, dag en nacht.
De zonnegloed was nooit te sterk;
de zee won niet van ‘t land...
En zie, dit al was ‘s Heren werk;
het maaksel van Zijn hand.
En van dit mooi principe
genoot de mens volop;
zijn plaats was niet het diepe
en niet de hoge top.
Maar in het gebied van scheiding
van vloed en hemels vuur,
daar kreeg de mens de leiding;
God gaf hem Zijn natuur.
Mens leefde er in vrede,
gehoorzaam aan ‘t gebod:
Bewerk de hof van Eden;
bewaar de tuin van God.
Het ware harmonieuze
was grond van zijn bestaan,
doch ‘t hing aan vrije keuze;
geen voorgestuurde baan.
Mens mocht van bomen eten,
doch niet van die centraal.
Die dis van slangenbeten
zou worden galgenmaal.
Die boom stond daar als grenspaal
verankerd in de grond.
Zijn wortelen, zeer diep gedaald,
doolden in d’ oervloed rond.
De vruchten hoog in het lover;
waar het licht op ‘t duister botst.
Het bladerscherm daarover;
verhuld mysterie Gods.
Het duister verwerkt, verheven...
van bloem, tot vrucht, tot zaad;
daarna het nieuwe leven,
zo won het goed van ‘t kwaad.
In de koelte van de avond,
zacht ruisen van de wind,
ging ook de Heer zich laven,
genieten van Zijn kind.
God schouwd' en zag: Alles was goed;
de schepping was in rust....
Toch was daar adderengebroed;
een kaper op de kust.
Eens sloop de satan binnen
als de zeer sluwe slang.
Hij sprak in schone zinnen:
Wie sterk is, is niet bang.
Hij sprak op fraaie tonen:
Neem van die vrucht en leef
en reik tot regionen,
waar God 't alleenrecht heeft.
Neem maar eens weg die scheidslijn
en al wat mij weerstaat,
dan zal je zoals God zijn;
kennende goed en kwaad.
En het is toch immers zinloos,
denk maar verstandig na,
want wat is goed en wat is boos;
wie maakt uit ‘nee’ of ‘ja’?
Ga het voortaan zelf bepalen
en ge zult zijn als God.
Woel bergen door de dalen;
elk onderscheid is zot.
Er hoeft geen strijd te wezen,
geen enkele vijand meer....
wat zou je dan nog vrezen?
Je bent je eigen heer!
Toen schoot in mens gedachten:
Eeuwige resonans!
Verzoening van de machten;
een altoos durende trance.
Daar wil ik gaarne wonen,
daar wil ik midden in;
geen machten meer, geen tronen;
slechts nog gelijkheidszin.
Mens suste zijn geweten
en ‘t enige verbod:
‘Gij zult daarvan niet eten ,
breekt geen verzegeld slot!
De diepte komt dan boven
en opwaarts rukt de vloed;
‘t zal brekend rotsen kloven
het kwaad dringt in je bloed.’
Gesteund door zijn geliefde
at Adam toch die vrucht.
Hij deed wat God zeer griefde,
toen sloeg hij op de vlucht.
Ontdekt werd hij, gevonden,
onthuld, van schild ontdaan.
De mens werd naakt bevonden,
en kaal werd zijn bestaan.
Vertwijfeld zocht hij weder
bescherming van de boom.
God ruilde dit voor leder,
de mens viel uit Zijn toom.
De wacht over ‘t goed en ‘t kwade
was niet meer aan de mens.
het werd leven zonder kader,
een vlakte zonder grens.
De mens werd weggedreven,
verjaagd uit ‘s Heren hof.
Weg van de boom van het leven
alles van glans werd dof.
Cherubs sloten de toegang,
bewaakten de hof met zwaard.
En ondanks des mensen zoekdrang,
...die grens bleef daar bewaard
…..tot
Tweeduizend jaar geleden,
de hof Getsémane,
Daar heeft Gods Zoon gestreden...
Geen mens streed met Hem mee.
Verkocht door een verrader,
Iskariot genoemd
Gescheiden van Zijn Vader,
Tot Offerlam gedoemd,
Van ‘t hoogste tot aan ‘t laagste
bood God Zijn Mensenzoon,
en ‘t allergrootste waagstuk
spande des hemels kroon.
Het werd een strijd van machten;
duivel, satan, demoon
en honderdduizend krachten
bestookten Gods een´ge Zoon.
Toen gaf die Mens zich over;
Hij durfde het duister aan.
Men rekende Hem tot rover,
liet Hem in boeien slaan.
Een leeggegeten kaal stuk hout
wortelde men in de grond.
Daaraan hing men die Mens zeer bout
met zevenvoudig’ wond.
De vrucht herplaatst in donkere nacht,
hing weer in ‘t paradijs.
Nadat de rijping was volbracht
volgde een zware reis.
De dood werd aangevochten,
maar Godes Zoon hield stand.
De duivelse gedrochten
kregen geen overhand.
De slang heeft het verloren,
de liefde won van haat.
Een nieuw licht werd geboren.
In het graf ontkiemde zaad.
De nieuwe morgen gloorde;
het evenwicht hersteld.
Jezus als eens vermoorde
stond op als sterke Held.
Christus vraagt nu: Kom eten.
Kom eet mijn vlees en drink.
De Boom des Levens nodigt
Toe Adam, wees maar flink!
- Details
- Geschreven door: Bakker, Jaap
- Categorie: Bijbeltekstgedichten
- Hits: 2501
Wees mijn nerf,
mijn zout tegen bederf
mijn licht tegen versterf.
Laat uw bloedlichamen vloeien
en in mij de wonden schroeien
tot in de vaten van mijn haar.
Zonder U wil ik niets doen.
Wees mijn stam,
mijn steun tegen verlam
mijn beschermende dam.
Laat Uw levenssap mij vullen
dat wij samengroeien zullen
gearmd, verstrengeld in elkaar.
Zonder U kan ik niets doen.
- Details
- Geschreven door: Rakhorst, Peter
- Categorie: Dankbaarheid
- Hits: 2741
er is een grote koning vermoord.
O nee ik had het nog niet meegekregen!
Hij nam voor ons de zonden weg, wat een zegen.
Een koning vermoord,
dat klinkt gestoord.
Hoezo een koning, Waarom hij?
Nu is er eeuwig plaats voor jou en mij!
Maar vertel eens meer,
Over die redder en Heer.
Deze man stierf op golgotha,
dit deed hij voor jou, ga maar na!
Wat een heldendaad,
over wat er in de bijbel geschreven staat.
De zoon van God, nam de straf,
Hij legde gewoon het leven af.
Dankbaar zijn de mensen zeker,
Nee, helaas velen wijzen af die beker.
Het bloed is al vergoten, hij is al doodgegaan,
wij moeten alleen met hem meegaan.
Hij groeide gewoon op in de moederschoot,
Uit liefde koos hij voor de dood.
De straf te ondergaan,
die wij mensen haast niet kunnen verstaan.
Wat een redder, wat een held,
Jezus is de heerser dat is wat telt.
Natuurlijk is het moeilijk te geloven,
bid erom en Jezus zal u trouw beloven!
- Details
- Geschreven door: Bijzet-Pullen, Truus
- Categorie: Hoop
- Hits: 3176
dat zien we meestal niet.
want rondom ons is er
wanhoop, kommer en verdriet?
Toch, onze grootste hoop is
dat wie op Jezus ziet,
weet, in de grootste moeite,
Zijn trouw verandert niet.
Hoe zwaar soms onze weg is,
hoop ligt in het verschiet.
Met Hem is er een toekomst
die volkomen vreugde biedt!
- Details
- Geschreven door: Bijzet-Pullen, Truus
- Categorie: Hoop
- Hits: 2890
Een volk zonder hoop.
Hun heil had Hij voor ogen
toen hij door Getsemane kroop.
Niet dat ze van Hem hielden.
Ze wilden Hem niet meer.
‘Hij zegt, dat Hij Gods zoon is’.
zo gingen ze tekeer.
Hij, wilde voor hen sterven.
Trouw en liefde gaf Hem kracht
om het lijden te aanvaarden
dat van Hem werd verwacht.
Zij, zagen Hem als lastpost.
En er was geen weg terug.
Hoewel ze het niet zagen,
toch was Hij wel de brug
om het pad weer vrij te maken
dat eens werd dichtgegooid.
Hij kwam hun hoop teruggeven
toen zijn lijden was voltooid.
- Details
- Geschreven door: Troost, Janneke
- Categorie: Hoop
- Hits: 2460
zie wat er allemaal gebeurt,
wat een ellende door velen
wordt er dagelijks getreurd.
Als ik zie wat de mensen
elkaar hebben aangedaan,
is er dan nog hoop dat
het ooit beter zal gaan!
Maar begin ik nu niet
op ‘Prediker’ te lijken,
om zo negatief tegen
alles aan te kijken.
Ik weet toch dat hier op aarde
nooit een paradijs zal wezen,
dat we zelf eenmaal hebben
gekozen voor dit leven.
In de hemel daar zal het
eenmaal volmaakt zijn,
kan er soms naar verlangen,
geen verdriet en pijn.
Ik heb U lief, U wilde mij bevrijden,
met al uw kracht mijn vijanden bestrijden.
U was mijn schild, mijn redder in de nood,
ik was zowaar niet ver meer van de dood.
Maar U heeft uw bescherming mij gegeven,
een veilig huis waar ik bij U mag leven.
En daarom loof ik U bij dag en nacht,
U geeft mij moed, U geeft mij levenskracht.
De doodsangst had mij in zijn greep gekregen,
er lagen valstrikken op al mijn wegen.
De dood had mij al bijna in zijn macht,
ik zag geen enkel licht meer in mijn nacht.
Toen schreeuwde ik tot God: Open uw oren,
zie mijn ellende, wil mijn angstkreet horen.
Mijn roepen klonk tot in de hemel door
en vond bij Hem, mijn God, een open oor.
Toen brak Gods woede los, de aarde beefde,
zo hevig dat haast niemand overleefde.
Verwoestend was de adem van zijn mond,
rook, vuur en as verteerden in het rond.
Toen is Hij van zijn hoge troon getreden
en vloog in 't donker zwevend naar beneden.
Van wolken, water, maakte hij een tent,
een schuilplaats aan Hem zelf alleen bekend.
Hij heeft in vuur het wolkendek gebroken,
in donder, hagel, as, zijn woord gesproken.
Zijn pijlen vlogen om de vijand heen,
de bliksemflitsen dreven hen uiteen.
De pijlers van de aarde werden zichtbaar,
de watermassa's stegen onvoorstelbaar.
Alleen al door de adem van de Heer,
was er geen rust of duur op aarde meer.
De vijanden; zij stonden mij naar 't leven,
maar God greep in, Hij heeft mij hulp gegeven.
Zij waren sterk, maar geen partij voor God,
Hij redde mij, bewogen met mijn lot.
Zij vielen aan, maar Hij heeft mij gedragen,
hen met zijn sterke arm uiteengeslagen.
Zodat ik weer bevrijd mijn weg kon gaan,
Hij had mij lief, daar kon ik van op aan.
De Heer heeft zijn beloning mij gegeven,
omdat ik aan Hem trouw bleef in mijn leven.
Met hart en ziel heb ik zijn wil gedaan,
ik volgde Hem, hoe ook de weg zou gaan.
Daarom wil Hij mij zoveel liefde geven,
omdat ik altijd voor Hem wilde leven.
Ik vind in Hem mijn vrede en mijn rust,
zijn wil te doen dat is mijn lieve lust.
Wie eerlijk, zuiver, trouw is in zijn daden,
zal God met rijke zegen overladen.
Hij zorgt dat hij, die zwakken onderdrukt,
alleen daarvan maar wrange vruchten plukt.
Zij die voor Hem hun hoogmoed demonstreren,
die zal Hij een gevoelig lesje leren.
Want wie zichzelf boven God stellen zal,
brengt Hij met eigen hand voorgoed ten val.
U laat mij echt niet in het donker leven,
maar wilt mij licht op al mijn wegen geven.
Met U val ik de wrede vijand aan,
de bozen die mij naar het leven staan.
Wat zou ik zonder U kunnen beginnen,
alleen met U kan ik hen overwinnen.
Ik klim met U over de hoogste muur
en gun wie mij belagen rust noch duur.
U gaat ons voor op uw volmaakte wegen,
wie bij U blijft mag delen in uw zegen.
U bent een schild voor wie het moeilijk heeft,
omdat hij onder uw bescherming leeft.
U, enig God, op wie wij vast vertrouwen,
de vaste rots waarop wij mogen bouwen.
U leidt ons aan uw trouwe vaderhand,
op wegen van het onbekende land.
U laat mij als een hert de berg bestijgen,
hoog boven hen die mij willen bedreigen.
Daar oefent U mijn handen voor de strijd,
zodat ik daarop goed ben voorbereid.
En zelf bent U een schild rondom mijn leven,
door mij uw raad in woord en daad te geven.
Ik struikel niet, U houdt mij op de been,
ik voel uw zorg voortdurend om mij heen.
Ik ben de vijand achterna gaan jagen,
heb hem totaal vernietigd en verslagen.
Nier één die nog op eigen benen stond,
zij lagen dood rondom mij op de grond.
U gaf mij kracht, U heeft voor mij gestreden,
zo hebben zij de nederlaag geleden.
Zij zijn niet meer, de strijd is nu beslist,
hun namen zijn op aarde uitgewist.
Want al hun hulpgeroep, het mocht niet baten,
U heeft hen aan hun lot overgelaten.
Daar lagen zij als afval op de straat,
dat in de wind als stof verloren gaat.
De overwinning heeft U mij gegeven,
want zonder U kon ik niet overleven,.
Nu zit ik niet meer bij de pakken neer,
want ik vertrouw mij aan U toe, mijn Heer.
En bij dit alles is het niet gebleven,
U heeft mij zelfs het konigschap gegeven.
Toen boden volken overal vandaan,
mij onderdanig al hun diensten aan.
Zij onderwierpen zich aan mijn bevelen,
zodat zij in mijn gunsten mochten delen.
Zij zochten mij, ontdaan van alle macht,
bevend van angst, gebroken in hun kracht.
De Here leeft, zijn naam wordt hoog geprezen,
Hij heeft zich als een machtig God bewezen.
Hij overwon de volken door zijn hand,
wie er niet hoorde joeg Hij uit het land.
Zo heeft Hij macht en ruimte mij gegeven,
waardoor de mensen vredig samenleven.
Ik ben zowaar de koning haast te rijk,
met zoveel zegen in mijn koninkrijk.
Daarom kan ik mij nu niet meer bedwingen,
een loflied voor uw grote naam te zingen.
Zodat de volken rondon mij verstaan,
de grote dingen die U heeft gedaan.
U heeft mij macht en grote roem gegeven
en maakte mij tot koning voor het leven.
U heeft aan David en zijn huis gedacht,
U zegent hem en heel zijn nageslacht.
Melodie: Ps 18
Uit: Jan Mul "Zingend door de tijd"
Royal Jongbloed
met al uw kracht mijn vijanden bestrijden.
U was mijn schild, mijn redder in de nood,
ik was zowaar niet ver meer van de dood.
Maar U heeft uw bescherming mij gegeven,
een veilig huis waar ik bij U mag leven.
En daarom loof ik U bij dag en nacht,
U geeft mij moed, U geeft mij levenskracht.
De doodsangst had mij in zijn greep gekregen,
er lagen valstrikken op al mijn wegen.
De dood had mij al bijna in zijn macht,
ik zag geen enkel licht meer in mijn nacht.
Toen schreeuwde ik tot God: Open uw oren,
zie mijn ellende, wil mijn angstkreet horen.
Mijn roepen klonk tot in de hemel door
en vond bij Hem, mijn God, een open oor.
Toen brak Gods woede los, de aarde beefde,
zo hevig dat haast niemand overleefde.
Verwoestend was de adem van zijn mond,
rook, vuur en as verteerden in het rond.
Toen is Hij van zijn hoge troon getreden
en vloog in 't donker zwevend naar beneden.
Van wolken, water, maakte hij een tent,
een schuilplaats aan Hem zelf alleen bekend.
Hij heeft in vuur het wolkendek gebroken,
in donder, hagel, as, zijn woord gesproken.
Zijn pijlen vlogen om de vijand heen,
de bliksemflitsen dreven hen uiteen.
De pijlers van de aarde werden zichtbaar,
de watermassa's stegen onvoorstelbaar.
Alleen al door de adem van de Heer,
was er geen rust of duur op aarde meer.
De vijanden; zij stonden mij naar 't leven,
maar God greep in, Hij heeft mij hulp gegeven.
Zij waren sterk, maar geen partij voor God,
Hij redde mij, bewogen met mijn lot.
Zij vielen aan, maar Hij heeft mij gedragen,
hen met zijn sterke arm uiteengeslagen.
Zodat ik weer bevrijd mijn weg kon gaan,
Hij had mij lief, daar kon ik van op aan.
De Heer heeft zijn beloning mij gegeven,
omdat ik aan Hem trouw bleef in mijn leven.
Met hart en ziel heb ik zijn wil gedaan,
ik volgde Hem, hoe ook de weg zou gaan.
Daarom wil Hij mij zoveel liefde geven,
omdat ik altijd voor Hem wilde leven.
Ik vind in Hem mijn vrede en mijn rust,
zijn wil te doen dat is mijn lieve lust.
Wie eerlijk, zuiver, trouw is in zijn daden,
zal God met rijke zegen overladen.
Hij zorgt dat hij, die zwakken onderdrukt,
alleen daarvan maar wrange vruchten plukt.
Zij die voor Hem hun hoogmoed demonstreren,
die zal Hij een gevoelig lesje leren.
Want wie zichzelf boven God stellen zal,
brengt Hij met eigen hand voorgoed ten val.
U laat mij echt niet in het donker leven,
maar wilt mij licht op al mijn wegen geven.
Met U val ik de wrede vijand aan,
de bozen die mij naar het leven staan.
Wat zou ik zonder U kunnen beginnen,
alleen met U kan ik hen overwinnen.
Ik klim met U over de hoogste muur
en gun wie mij belagen rust noch duur.
U gaat ons voor op uw volmaakte wegen,
wie bij U blijft mag delen in uw zegen.
U bent een schild voor wie het moeilijk heeft,
omdat hij onder uw bescherming leeft.
U, enig God, op wie wij vast vertrouwen,
de vaste rots waarop wij mogen bouwen.
U leidt ons aan uw trouwe vaderhand,
op wegen van het onbekende land.
U laat mij als een hert de berg bestijgen,
hoog boven hen die mij willen bedreigen.
Daar oefent U mijn handen voor de strijd,
zodat ik daarop goed ben voorbereid.
En zelf bent U een schild rondom mijn leven,
door mij uw raad in woord en daad te geven.
Ik struikel niet, U houdt mij op de been,
ik voel uw zorg voortdurend om mij heen.
Ik ben de vijand achterna gaan jagen,
heb hem totaal vernietigd en verslagen.
Nier één die nog op eigen benen stond,
zij lagen dood rondom mij op de grond.
U gaf mij kracht, U heeft voor mij gestreden,
zo hebben zij de nederlaag geleden.
Zij zijn niet meer, de strijd is nu beslist,
hun namen zijn op aarde uitgewist.
Want al hun hulpgeroep, het mocht niet baten,
U heeft hen aan hun lot overgelaten.
Daar lagen zij als afval op de straat,
dat in de wind als stof verloren gaat.
De overwinning heeft U mij gegeven,
want zonder U kon ik niet overleven,.
Nu zit ik niet meer bij de pakken neer,
want ik vertrouw mij aan U toe, mijn Heer.
En bij dit alles is het niet gebleven,
U heeft mij zelfs het konigschap gegeven.
Toen boden volken overal vandaan,
mij onderdanig al hun diensten aan.
Zij onderwierpen zich aan mijn bevelen,
zodat zij in mijn gunsten mochten delen.
Zij zochten mij, ontdaan van alle macht,
bevend van angst, gebroken in hun kracht.
De Here leeft, zijn naam wordt hoog geprezen,
Hij heeft zich als een machtig God bewezen.
Hij overwon de volken door zijn hand,
wie er niet hoorde joeg Hij uit het land.
Zo heeft Hij macht en ruimte mij gegeven,
waardoor de mensen vredig samenleven.
Ik ben zowaar de koning haast te rijk,
met zoveel zegen in mijn koninkrijk.
Daarom kan ik mij nu niet meer bedwingen,
een loflied voor uw grote naam te zingen.
Zodat de volken rondon mij verstaan,
de grote dingen die U heeft gedaan.
U heeft mij macht en grote roem gegeven
en maakte mij tot koning voor het leven.
U heeft aan David en zijn huis gedacht,
U zegent hem en heel zijn nageslacht.
Melodie: Ps 18
Uit: Jan Mul "Zingend door de tijd"
Royal Jongbloed
- Details
- Geschreven door: Dien, Ger van
- Categorie: Pasen (opstanding)
- Hits: 2637
Was toen Jezus werd herboren.
Het schoonste Licht, het Licht van leven
Heeft het duister van de dood verdreven.
Nooit begon een dag zo schoon.
Heilig ingetogen machtsvertoon
Werd tentoongespreid.
Gewonnen was de zwaarste strijd.
Het Licht der wereld werd ontstoken.
Banden van de dood verbroken.
De grootste overwinningszege
Op de dood, die werd ontstegen.
Voor eeuwig overwinnaar.
Zijn victorie onafwendbaar.
Het zwaarste offer ooit gebracht
Tot heil van zondaars, dat hun wacht.
Nooit zal iemand dit beseffen.
Nooit Gods goedheid overtreffen.
Zijn Hem dank verschuldigd, 1000 x
Laat ons volgen Jezus Heer.
- Details
- Geschreven door: Vethaak, Dirk
- Categorie: Pasen 40-dagentijd
- Hits: 3708
om vrucht voort te kunnen brengen
in de aarde vol van kluiten zelfbelang,
rood van bloed daarom vergoten.
Ontkiemt ondanks alles,
God zit er in,
gebruikt wat er voorhanden is:
mensen met en zonder liefde,
de sporen van bedoelingen en uitkomsten.
Hij was het graan, gaf, groeide ons voor,
gaf leven, hoop, liefde, toekomst
steeg op boven de aarde,
groeide een ladder naar de hemelschuren graan.
Waar bloeit het koren,
eindeloos wuivend in de wind van de Pinkstergeest.
Korenbloemen wij, oneindig mooi zaad,
groeiend voor Hem die is, die was, die komt.
Die is,
ons nabij.
Levend water, eeuwig licht op de aarde
zodat de korrel uitgroeit tot het graan
door Hem gezaaid ,
eens voor altijd.
Bij Zondag Laetare (verheug u), 22 maart 2015 –Johannes 12:20-33,
- Details
- Geschreven door: Heuvel, Marij van den
- Categorie: Lof en Aanbidding
- Hits: 2566
Uw troon
staat vast
verankerd
in de
lofgrond
zelfs waar
geen klank
kleurde
uit mijn
mond
schiep U
de bodem
ergens
op het
wereldrond
verheugd
getroffen
waar U
het lied
nog vond
juist waar
verstomming
op de
voorgrond
stond
trok het
engelenlied
mijn adem
naar het
front
waar de
Verlatene
de lofzang
liet stromen
uit Zijn
wond
bezing
mijn ziel
Zijn liefde
en genade
t‘aller stond!
Psalm 22:4
Psalm 22:4
- Details
- Geschreven door: Eijbergen, Klaas van | overleden 18-4-2016
- Categorie: Geloof, hoop en liefde
- Hits: 1313
ja, het is mijn liefde
en mijn vertrouwen in
God, onze Vader.
In mijn hart leef ik eenvoudig
en mijn hoofd voelt dat het goed is.
Het is mijn geloof, ja, het is mijn liefde
en mijn vertrouwen in Jezus Christus.
Elke dag lees ik in de Bijbel over de liefde van het geloof.
Het is mijn geloof,
ja, het is mijn liefde en
mijn vertrouwen in God, onze Vader.
- Details
- Geschreven door: Dien, Ger van
- Categorie: Gebedengedichten
- Hits: 1972
Van droefenis en duizend vragen.
Van twijfel en van lijden.
Wil ons van dat kruis bevrijden.
De toekomst, zo angstig ongewis,
Is gehuld in huiver en in duisternis.
Het aards bestaan, zo hard en vol gevaar,
IJlt genadeloos van jaar naar jaar.
Uw geboden worden ruw doorbroken.
Het hellevuur lijkt hier ontstoken.
Grenzen houden op nog te bestaan.
Duivelswerk krijgt thans vrij baan.
De akker waar Uw Woord ooit werd geplant,
Is in een dorre vlakte nu verzand.
Hopen dat het restgewas blijft groeien,
En tot Uw dienst zal blijven bloeien.
Wil ons troosten met de gedachte,
Dat wij vertrouwend op U, wachten,
Op bevrijding van onze ketens.
In vast geloof, willens en wetens.
- Details
- Geschreven door: Troost, Janneke
- Categorie: Dankbaarheid
- Hits: 2113
wat waren mijn ouders blij,
mijn broer en zus juichten en riepen:
“wij hebben er een broertje bij”.
Maar aan het einde van zijn
leven zal het omgekeerd wezen,
dan zal men huilen over het
verdriet en verlies in hun leven.
Dan mag hij juichend bij de
Heere de hemel binnengaan,
en met zijn allen rond de
troon van God gaan staan.
De laatste gang naar het
graf zal dan zwaar zijn,
afscheid, zo definitief
en dat doet zoveel pijn.
Met mooie herinneringen
mogen ze nu verder leven,
Hij zegt: ”Ik zal er zijn,
Ik zal je de kracht geven”.
- Details
- Geschreven door: Laneuze, Priscilla
- Categorie: Sonnet
- Hits: 3116
Zijn pracht en luister om ons te bekoren,
dan zou men spoedig reddeloos ontsporen,
slechts dood en duister om naar uit te wijken.
Het leven zou verwachtingsloos verstrijken,
geen vreugdevonk zou aan de einder gloren,
een ledig leven zou ons zijn beschoren,
geen gloed van hoop om het mee te verrijken.
Doch Jezus bràk met een geheimenis,
Hij wees de weg, bewees een voortbestaan
van 't leven, dankzij Zijn verrijzenis.
Hij gaf ons blijde hoop om voort te gaan,
Zijn schitt'rend licht, vol van verheugenis,
schijnt aan de horizon van ons bestaan.
- Details
- Geschreven door: Troost, Janneke
- Categorie: Hiernamaals | Verwachting
- Hits: 1438
mensen met witte klederen aan,
met palmtakken in de hand waren
ze voor de troon gaan staan.
Men zingt liederen om hun
God te loven en te prijzen,
Zij zijn ons al voorgegaan en
mochten naar de hemel afreizen.
We leven nu nog op aarde
met verdriet, moeite en pijn,
kan er soms naar verlangen
eenmaal bij Hem thuis te zijn.
We mogen nu al heiligen zijn
want U hebt ons apart gezet,
bij deze groep mag je horen
als je door Jezus bent gered.
We moeten nu nog even
volhouden in ons aards bestaan,
met de belofte dat we eenmaal
de hemel mogen binnengaan.
Openbaring 7
- Details
- Geschreven door: Dien, Ger van
- Categorie: Dankbaarheid
- Hits: 1975
Steeds, voor Uw goedheid weer.
Ja, ik kan er wel om janken,
'k ben ermee verlegen Heer.
Jaren hebt U mij beproefd,
Of ik U verlaten zou.
Heel vaak was ik dan bedroefd,
Omdat U mij niet horen wou.
Vurig heb ik steeds gebeden.
Dicht in de buurt van U geweest.
En in stilte vaak geleden,
Om Uw zwijgzaamheid het meest.
Lang gewacht, maar niet gezwegen,
Heb ik mijn zware last aanvaard.
Ontving daarop Uw rijke zegen.
Hebt U mij voor ramp bewaard.
Met eng' len, medicijn en zorg,
In ruime mate mij gegeven,
Omwille van Uw Zoon als borg,
Schonk U mij een hernieuwd leven.
Mijn hart heeft nu zijn rust gevonden
En klopt voor U zoals verwacht.
U heelde liefderijk mijn wonde.
Het heeft mij dicht bij U gebracht.
- Details
- Geschreven door: Beijersbergen-Groot, Diny
- Categorie: Genade
- Hits: 1886
in letters onbedekt.
Het a..b.c. dat leven
in de beginne heeft gewekt.
Een ieder kan het lezen,
het is in elke taal.
Het Woord, dat is in wezen
voor mensen non-verbaal.
Het zindert door de straten
als je het echt wilt zien.
God heeft ons niet verlaten
al lijkt dat wel misschien.
Gods adem in de wolken,
zie toch de nieuwe dag.
'Ik ben er voor de volken,
begroet hen met een lach.'
Want in de zonnestralen,
de bloemen op het veld,
staan al Gods verhalen
op elke dag vertelt.
Het staat in de lucht geschreven,
de dag volgt op de nacht.
De mens mag eeuwig leven,
omdat een nieuwe morgen wacht.
- Details
- Geschreven door: Fokkema, Arma
- Categorie: Hoop
- Hits: 2500
Als de hoop Heer, lijkt te bezwijken
onder veel verdrukking en angst,
leer ons dan naar U te kijken,
want Uw liefde duurt het langst.
Mogen wij in moeilijke tijden
bij Uw kruis op Golgotha zijn?
Daar waar U voor ons zo moest lijden
overwon U Heer, alle pijn.
Melodie: wat de toekomst brengen moge
- Details
- Geschreven door: Rakhorst, Peter
- Categorie: Kerk
- Hits: 2664
meerdere kerken, één gebod.
Iedere kerk zo zijn eigen kracht,
iedere kerk gelooft in Gods macht.
Meerdere kerken, één geloof,
meerdere boekwerken, zodat het niet dooft.
Verschillende dienaren van het woord,
zodat het woord goed wordt gehoord.
Elke kerk in zijn eigen taal,
elke kerk, maar Jezus is de moraal.
Door hem komen we tot de Heilige Geest,
dat is nog nooit anders geweest!
Elke kerk is er één,
Elke kerk vergeet er geen.
Elke kerk is een zegening,
Elke kerk is een verheerlijking.
Dankbaar mogen we zijn,
de kerk, helpt en verzacht de pijn.
De kerk is de bal van het geloof,
zodat het geloof niet dooft.
De kerk, de bal van het geloven,
de kerk, is niet de scheidsrechter.
De kerk, is gezegend door de heilige rechter.
Laten we de kerk eeuwig trouw beloven!
- Details
- Geschreven door: Doek, Robert
- Categorie: Algemeen Ziekte
- Hits: 2254
jij en ik, een individu
niet vooruit maar daar vandaan
is de tijd op reis gegaan
Vandaag is voorheen
en gisteren vandaag
zij die verdween
met dezelfde vraag
Vertellend over hem
met oude stem
zonder gemis
omdat hij nog is
Een nieuw verhaal
is zo vervlogen
en ik herhaal
met droeve ogen
Langzaam verdween
voor ons alleen
en leeft voortaan
de film van haar bestaan
Als kind zo klein
in haar oude brein
is haar niet ontnomen
dat ze bij Hem mag komen.
- Details
- Geschreven door: Dien, Ger van
- Categorie: Algemeen Tijd
- Hits: 2479
Waar elke zeeman gaarne kwam,
Dwalend langs havens Maas- en Rijn-,
Droomde ik ervan op zee te zijn.
Ik zie de schepen afgemeerd,
De steven naar de zee gekeerd.
Vastgemaakt aan boei of kade,
Zojuist gelost of net geladen.
Staande in de gangway van mijn schuit,
Vaar ik bij de Hoek het zeegat uit.
Een frisse bries waait langs mijn pet,
Vormt met de golven een duet.
De blonde duinen laat ik achter
Bij de trouwe vuurtorenwachter.
Steeds kleiner wordt het vlakke strand.
Vaarwel mijn dierbaar vaderland.
Met de roerganger aan het stuur,
Op naar 't lonkend avontuur
Zwijmelde de marconist in spé,
Horende de lokroep van de zee.
Verre reizen, vreemde landen,
Blauwe zeeën, palmenstranden.
Obscure kroegen, schuimend nat,
In elke stad een and' re schat.
Urenlang laat ik mij boeien
Tot een hoorn begint te loeien
Van het schip dat nu vertrekt
En ruw mij uit mijn dagdroom wekt.
De haven uit zie ik haar gaan.
`k blijf achter, op de kade staan
Haar in weemoed na te zwaaien,
Want mijn droom is naar de haaien.
- Details
- Geschreven door: Jansen, Dineke
- Categorie: Geloof, hoop en liefde
- Hits: 2345
onderhuids
kruip ik
bij jou
omdat ik zielsveel
van je hou
zo ken ik jouw dromen
dichterbij
kan ik niet komen
inpandig
woont Hij
bij jou
die heel jouw ziel en zaligheid
bemand
meer dan jouw dromen
is veilig
in zijn Hand
- Details
- Geschreven door: Wesselius, Hans
- Categorie: Hoop
- Hits: 3409
als jij jouw eigen weg weer ging?
Wordt er ooit nog van hoop gerept,
als je jouw menselijke levenslied zingt?
Is er hoop, als je Gods wil doet,
maar dan nèt niet op Zijn manier?
Werkt de kracht van Jezus' bloed,
ook alléén met Hem in het vizier?
Grote mannen van God in de Bijbel
faalden allen, stuk voor stuk,
maar God hielp hen door angst en twijfel
keer op keer als opnieuw geplukt.
Denk maar aan Abraham, David, Elia,
denk aan Petrus en Marcus.
Wij zien steeds dat God hen laat opstaan,
als start van een nieuwe levens(k)lus.
Hoop geeft je juist tijdens het falen
het zicht op liefde, vrede en rust.
Hoop is er voor alle culturen en talen,
dus: hoop op God en weest gerust.
- Details
- Geschreven door: Akker, Irene van den - overleden 3-2-2019
- Categorie: Hoop
- Hits: 3313
Verdorde bladeren
en kale bomen
bij menigeen
de hoop ontnomen
straks weer
de lente alles in bloei
bloemen en bomen
nieuw leven en groei
Niets is hopeloos
in het leven
de Schepper heeft
nieuwe hoop gegeven