Een mens ziet maar een stap vooruit
want stapvoets zal hij zich bewegen.
In elke straat komt hem geluid,
de echo van zijn voetstap tegen.
Maar er is Een die verder kijkt
en die steeds naast een mens blijft lopen.
Die meer kan dan een mens ooit blijkt,
maar op Zijn bijstand steeds kan hopen.

Een mensenblik is maar beperkt
het oog kan nooit veel verder reiken.
slechts wat dichtbij is wordt versterkt,
het kan niet achter d' einder kijken.
Een mens weet niet wat hem daar wacht
de toekomst blijft voor hem verborgen.
Die toekomst Gods tot stand gebracht
ontwaart het oog pas op Gods morgen.

Dan trekken alle nevels op
die God voor aller oog laat ruimen.
Hij laat van d' allerhoogste top
de blik voor ieder mens verruimen.
Nooit scherper heeft een mens gezien
dan op die dag zijn ogen kijken.
Wat wij als mens dan zullen zien:
Gods grootste heerlijkheden blijken.

Nieuw ingezonden gedichten