Ieder mens verkiest in vrijheid,
wegen waarop hij zal gaan.
Die heeft hij van God gekregen,
in zijn menselijk bestaan.
Maar soms houdt de Heer hem tegen,
zegt:Kind houdt eens even stil,
dit zijn voor je niet de paden,
waarop Ik je leiden wil .
Ben jij kind het soms vergeten,
Mij te vragen naar Mijn wil.
Want Ik wil je laten weten,
hoe Ik met jou verder wil.
Waarom deed je Mij niet vragen,
welke weg je kind moest gaan.
Met Mij trekkend door de dagen
om die met Mij in te slaan.
Wil nu even naar Mij luisteren,
dan neem Ik je bij de hand.
En zal Ik het je influisteren,
zoals Ik het heb gepland.
Kijk naar rechts dat smalle paadje,
is de weg die je moet gaan.
Op die weg Mijn kind Ik raad je
daarop verder voort te gaan.
Dan kom je waar je wilt wezen,
komen Mijn beloften uit.
Want daar heb je niets te vrezen,
als je tot die weg besluit.
Zo gebeurt het in het leven,
dat God ons Zijn wegen wijst.
Die ons worden aangegeven,
en ons zo Zijn dienst bewijst.
Want een mens blijkt soms te kiezen,
voor ’t aanlokkelijk brede pad.
Maar daarop kan hij verliezen,
al wat hij in ’t leven had.
Door Gods liefde en bescherming,
wordt hij op de weg gezet.
Die in eindeloze ontferming,
Zijn kind foute keus belet.
God Hij heeft een doel voor ogen,
en Zijn plan met ieder mens.
En Hij blijft dan ook steeds pogen,
dat die leeft naar ’s Heren wens.
Maar soms moet de Heer wel remmen,
door een liefd’vol onderhoud.
Over doelen en bestemmen,
over leven en behoud.