De hemel wacht op Gods getrouwen
die Hij laat roepen naar Zijn huis.
Zij die op Zijn woord deden bouwen
vinden bij Hem hun eeuwig thuis.
‘t Verbond dat met hen is gesloten
beloften die Hij heeft gedaan.
Zo heeft de Heer hen vast besloten
daar blijft Zijn woord ook in voor staan.
God zal Zijn trouw nimmer verbreken
houdt met Zijn liefde eeuwig stand.
Met vreugde mag reeds uitgekeken
naar d’ aankomst in het Vaderland.
Verrast laat Hij hen daar aanschouwen
de heerlijkheid hen toebereid.
Want allen die op God vertrouwen
worden het diensthuis uitgeleid.
Niet meer door slavernij gebonden,
van zonde en schuld door Hem bevrijd.
Zal klinken dan uit aller monden
de lofzang tot in d’ eeuwigheid.
Geen dood en ziekten meer te vrezen
maar een geheeld volmaakt bestaan.
Waar hen door God het Opperwezen
het witte kleed wordt aangedaan.