Er is van alles mis met mij,
sorry dat ik het zeg.
Er is van alles mis met mij,
er klopt iets niet, niet echt.
Mijn neus te spits, mijn oren te groot,
steil en recht is mijn haar.
Mijn tanden staan zo schots en scheef -
een fietsenrek zeg maar.
Het duurt een poos eer ik de clou
van een grap ontdek.
De mensen lachen mij dus uit,
houden mij voor de gek.
Ik struikel telkens als ik ren,
ik zing niet maar ik brom.
Wat ik ook aanraak, ’t gaat kapot.
Vind jij dat ook niet stom?
Er is van alles mis met mij,
sorry dat ik het zeg.
Er is van alles mis met mij,
er klopt iets niet, niet echt.
Eén ding klopt wel,
klopt absoluut:
mijn hart klopt
zestig slagen per minuut.
Uit: Oog in oog. Bijbelse gedichten voor alle leeftijden.
U bent niet geauthoriseerd om reacties te posten.