God beminnen
met heel je hart
met heel je ziel,
met al je krachten,
en met heel je verstand.
( Lk 10, 27)

Als achtjarig kind van nobelen
ontwakend in een kloostercel,
een kind met een oude abdis.
Zij leerde je zingen,
lezen en schrijven,
met fijne bewegingen schilderen
wat je ziel je dicteerde
en uitzien naar grotere dingen,
visioenen uit levend licht,
oren spitsen naar
tonen uit hoge sferen.
Zij deed je proeven
levend water en ambrozijn,
naar het wezen
van dieren en dingen tasten,
verfijnde je reukorgaan.
De lering voltooid,
jij abdis-profetes
als Jezus van Nazareth
ging je uit om te delen
om paus en keizer,
monnik en burger  
armen en kleinen
te vermanen
en te helen.