Ik krijg een teken van God,
als ik door de natuur loop.
Ik zie het niet als mijn lot
maar als Hemelse hoop.

Ik krijg een teken van God,
als ik schapen zie op de heide
vrediger voel ik dan mijn lot
en bid tot de Herder op de weide.

Ik krijg een teken van God,
wanneer mensen elkaar groeten.
Het is meteen een mooi aanbod
om elkaar vaker te ontmoeten.

Ik krijg een teken van God,
als iemand tegen mij lacht;
gewoon op straat zonder spot.
Daar heb ik deze dag op gewacht.

Ik krijg een teken van God
op een kerkhof bij een graf
met daarop een lege bloempot.
Die ik vul met een witte leliestaf.

Door heel mijn leven lopen
al die tekens van mijn Schepper.
Zo ga ik niet gauw achteruitlopen
God geeft mij elke dag een oppepper.