“Kristalhelder water heb Ik jullie gegeven
maar jullie dronken liever uit stinkende poelen
en uit gebroken bakken. Mijn levensbrood heb je versmaad,
je hebt op Mijn hart getrapt,
je gebalde vuist op Mijn gezicht doen neerkomen,
Mijn uitgestoken handen hebben jullie weggeslagen,
Mijn woorden verdraaid en verguisd,
Mijn stem overschreeuwd met heavy metal.
Je hebt Mij niet gezocht in de stilte,
waarin Ik nog steeds te vinden ben.
Je hebt je gewend tot de stomme afgodsbeelden
met blote buiken en nietszeggende blik.
Mijn kruis heb je weggedaan
uit je huis, je kerk, je hart, je leven.
Wat kan Ik jullie nu nog anders geven
dan de chaos, waar je steeds zelf om vraagt?
Heb Ik je ooit vastgebonden?
Integendeel: Ik bood je vergeving aan
voor al je zonden.
Ik gaf je een vrije wil. Een wil om zelf te kiezen:
om te winnen - of te verliezen.
Je hebt je overgegeven aan occultisme, tovenarij,
hekserij, spiritisme en waarzeggerij.
Je hebt je voluit overgegeven aan alles wat het
rijk van satan in de aanbieding had.
 
Nog eenmaal roep Ik:
Keer om o mens, maak je paraat!
Vandaag is het nog niet te laat!”

(voor ieder die Gods raad in de wind slaat)