De jaargetijden gaan voorbij

Het aardse leven kent jaargetijden:
de lente van de jeugd, dan de zomer,
de herfst, de winter die men wil mijden;
zo is ’t voor de denker en de dromer.

De tijd gaat over in de eeuwigheid
onze jaren vallen uit de handen,
vóór men het beseft is het onze tijd
om weg te gaan uit de aardse landen.

De Prediker heeft dat eerder verwoord:
de mens gaat alsdan naar zijn eeuwig huis,
dat Schriftwoord wordt door iedereen gehoord.

Er staat nog meer geschreven in het Woord:
Ik bereid plaats voor u in het Vaderhuis
voor elk die op aarde naar Mijn stem hoort.

bij Prediker 12 : 5; Johannes 14 : 2.