hij was geboren in Ein Karem
een dorp, op loopafstand vandaan
van de grote stad Jerusalem,
om daar naar de Tempel te gaan;
dat deed zijn vader Zacharias
zijn moeder was Elisabeth,
als zijn vader met Tempeldienst was
ging hij mee en hoorde God’s wet

hij hoorde van de Heer der Heeren:
bestemd om een profeet te zijn
om ’s Heeren wegen te gaan leren,
een stem die roept in de woestijn:
om ’s Heeren wegen te bereiden;
en dat door God’s barmhartigheid
Die naar ons omziet alle tijden
ons vrede geeft in eeuwigheid

in Ein Karem groeide hij wel op
maar hij ging naar de woestijnen
wist van ontzondigen met hysop
hij leefde daar met de zijnen,
en preekte bekering van zonden;
men kwam tot hem bij de Jordaan,
hij doopte die zijn woord verstonden
en wees hen op God’s rechte baan

bij hem kwam Jezus van Nazareth
het Agnus Dei, Lam van God;
Hij werd gedoopt, Johannes deed het
om te voldoen aan God’s gebod;
Johannes bleef daar bij de Jordaan
en preekte bekering van zonden,
drong op een ander leven aan
dan werd men door God gevonden

Herodes hoorde tot zijn gehoor
Johannes wees op huw’lijkstrouw,
maar die woorden gingen wel teloor
Herodes kwam niet tot berouw;
hij leefde daar met Herodias
zij wilde er niet van horen
dat zulks geen pas gaf, maar het eind was:
zij sloot hem op in de toren

van de gevangenis, dat deed zij,
toch bleef zijn stem aan haar knagen;
en bij feesten, zij was daar steeds bij,
wist ze zijn ogen, die ’t zagen;
daar wilde ze een eind aan maken
dat kan, dan komt de dood voorbij
zij liet die aan Johannes smaken
en zeide: van hem ben ik vrij

zijn volgelingen zijn gekomen
en hij is door hen begraven,
maar zijn woord wordt nog steeds vernomen,
en God zal die Woorden staven:
Mijn stem roept u in de woestijnen
bereidt Mijn wegen voor altijd
doe weg uw heuvels en valleien
dan zult u zien Mijn heerlijkheid

bij Jesaja 40: 3-5; Mattheüs 3;
Marcus 1: 1-8; Lucas 3: 1-20;
Johannes 1: 14-37