De ereplaats koos Jezus niet
aan ‘t feestmaal waar
men rang en standen mat
maar het belangrijkste vergat
omdat men zelf zo deftig
en voornaam wou zijn,
maar niemand nederig en klein.
 
De voorste plaats koos Jezus niet
aan ‘t feestmaal, waar Hij was genood
en wat Hij zag, wat Hem verdroot,
dat niemand dienend wilde zijn.
Het was een werelds praalfestijn.
 
De ware eregast was Hij,
van trots en eerzucht was Hij vrij.
De schort voor, knielend op de grond
daar, waar Hij vuile voeten vond,
die waste Hij!
 
(n.a.v. 2 Bijbelverhalen:
Joh. 13:1-20
Luc. 7 vanaf vers 36)