Eens in een droom zag ik haar gaan,
de vrouw, die op de markten zocht,
maar nergens vond wat zij verloor.
Zij gaf 't niet op, maar zette door.

'Wie heeft mijn rode tas gezien?
Daar zaten al mijn sleutels in 
oh, wie kan helpen .... u misschien?'
De kooplui lachten zich, een kriek.

En huilend zocht zij voort op 't strand
Door wanhoop wel haast overmand.
'Die rode tas met inhoud moet
ik vinden: 't Is mijn kostbaarst goed!'

Meewarig keek men op haar neer
'Die tas, die vind je nooit, nooit meer.
Wat zoek je in deze zandwoestijn?
Moet je maar niet zo slordig zijn!'

Maar .... bij de zee, daar stond de Heer.
Hij zocht en vond ook deze keer
De vrouw, die eens Zijn Bruid zal zijn
- die Hij met tederheid  omringt.

Hij maakt haar geen verwijt
maar prijst haar om haar vastberadenheid!
Wie zoekt die vindt, wie bidt ontvangt
de sleutelbos met lof en dank!

De tas met inhoud: het heiligst goed,
gedoopt, gewijd in 't goddelijk bloed,
hervindt de Bruid, dit laatste uur:
De sleutels van Gods Koninkrijk.

(Matth. 16:16 en Jes. 61:1)

(over geestelijke waarden, die tijdelijk zijn zoekgeraakt)